Naar inhoud springen

fietsenstalling

Van Wiktionary

Nederlandjs

[bewirk]

Zelfstenjig naamwaord

[bewirk]

Lemma

[bewirk]

fietsenstalling g /'fit.sə(n).sta.lɪŋ/

  1. fietsjestalling
Variaasje

Verbuging

[bewirk]
inkelvaad mieëvaad
nom.: fietsenstalling fietsenstallingen
dim.: fietsenstallinkje fietsenstallinkje