Naar inhoud springen

hengsel

Van Wiktionary

Nederlandjs

[bewirk]

Zelfstenjig naamwaord

[bewirk]

Lemma

[bewirk]

hengsel ó /'hɛŋ.səl/

  1. hingsel

Verbuging

[bewirk]
inkelvaad mieëvaad
nom.: hengsel hengsels
dim.: hengseltje hengseltjes